Archelaüs  4 v.C.-6 n.C.

Verdeling van het rijk van Herodes de Grote
Twee zonen van Herodes, die mogelijke opvolgers waren en goed bij de Joden bekend stonden (Alexander en Aristobulus) worden door hun vader vermoord*). Later vermoordt hij ook zijn oudste zoon Antipater.

Als Herodes ziek wordt wijzigt hij meermalen zijn testament. In de laatste versie wordt Archelaüs als opvolger benoemd over Judea, Samaria en Idumea, Herodes Antipas over Galilea en Perea en Filippus over de noordelijke gebeden Gaulanitis en Trachonitis.

Archelaüs is de oudste nog levende zoon van Herodes de Grote en zijn Samaritaanse vrouw Malthake. Herodes Antipas is zijn volle broer en Filippus is zijn halfbroer. Alle drie hebben zij hun opleiding in Rome gehad.

 

 

 

 

 

 


De verdeling van het rijk van Herodes de Grote, de tetrarchie:

tweemaal een kwart gaat naar Archelaüs (roze)
één kwart gaat naar Herodes Antipas (paars)
Één kwart gaat naar Filippus (bruin).

Een valse start
Net voor zijn dood had Herodes twee rabbi’s met hun leerlingen laten verbranden, omdat zij protesteerden tegen de Romeinse adelaar boven de hoofdingang van de vernieuwde tempel. De Joden eisen bij de kersverse Archelaüs eerherstel. Met behulp van de proconsul van Syrië wordt het oproer bloedig neergeslagen: op het Pascha worden 3000 Joden gedood.

Wat vindt keizer Augustus?
Archelaüs reist hierna eerst naar Rome om uit handen van keizer Augustus de koningstitel te ontvangen. Maar hij ondervindt tegenstand van zijn broer Herodes Antipas en van een delegatie vooraanstaande Joden, die naar Rome is gereisd.  Toch volgt keizer Augustus de regeling uit het laatste testament van Herodes de Grote. Archelaüs wordt koning**), maar met de titel etnarch, een lagere koningstitel dan Herodes de Grote had.

 

 

Munt van Herodes Archelaüs

Zijn regering
Tijdens de afwezigheid van Archelaüs breken er in Judea opnieuw onlusten uit. De proconsul van Syrië moet opnieuw ingrijpen: hij laat 2000 Joden kruisigen.
Gedurende zijn hele regering heeft Archelaüs botsingen met de Joden en hij stelt zich hard op. De Joden hebben een enorme hekel aan hem. In 6 n.C. gaat een delegatie van de Joodse adel naar Rome, naar keizer Augustus. Deze luistert en Archelaüs wordt afgezet en verbannen naar Vienna in Gallië (het huidige Vienne in Frankrijk). Daar is hij in 18 n.C. gestorven.
Judea, Samaria en Idumea worden een Romeinse provincie (de provincie Judea), bestuurd door een procurator/prefect ***).

De terugkeer van Jozef met het kind en zijn moeder
Jozef en Maria met het kind Jezus verblijven in Egypte****). Een engel van de Heer verschijnt aan Jozef in een droom en zegt hem terug te keren naar Israël. Jozef was kennelijk eerst van plan om zich te vestigen in Betlehem of omgeving, maar hij ziet er van af, omdat de gewelddadige Archelaüs daar koning is.

Mat.2:22,23:”Maar hij durfde niet naar Judea te gaan toen hij hoorde dat Archelaüs daar zijn vader Herodes als koning was opgevolgd. Nadat hij in een droom een aanwijzing had gekregen week hij uit naar Galilea, waar hij ging wonen in de stad Nazaret.

 

*) Hun moeder Mariamne kwam uit het Hasmonese vorstenhuis.
**) In Lucas 19:11-27 staat de gelijkenis van de Here Jezus over de koning en zijn dienaren. Er wordt wel gedacht, dat dit voorbeeld is ontleend aan de reis van Archelaüs naar Rome, hoewel dat meer dan 30 jaar eerder was:
-- De reis naar een ver land om de koningstitel te ontvangen.
-- De afgevaardigden van de burgers, die er achteraan reizen “we willen niet dat die man koning over ons wordt” (Luc.19:14).
-- De doodstraf voor de tegenstanders van de koning (Luc.19:27).
***) In de periode 6 n.C. tot 41 n.C. zijn er zeven prefecten over Judea geweest, waarvan Pontius Pilatus de bekendste is. Na 41 n.C. heerste Herodes Agrippa als koning (basileus) over Judea. Van hem lezen we in Handelingen12 en Handelingen 25/26.
****) Verscheidene Koptische kerken claimen, dat Jozef en Maria met Jezus in hun plaats verbleef. De Kopten lezen ook vaker de nieuwtestamentische apocriefen, waarin over allerlei wonderen tijdens deze reis wordt verteld, bijvoorbeeld over een palmboom, die zich naar Jezus toebuigt, zodat de dadels geplukt kunnen worden.

 

 

 

 

 

 

Er zijn parallellen met de exodus van Israël uit Egypte (Zie ook Hosea 11:1 en Mat.2:15, “uit Egypte heb ik mijn zoon geroepen”).

 

 

 

Bronvermelding:

Afbeeldingen:
Afbeelding 1:https://static.miraheze.org/christipediawiki/b/b8/Verdeling_van_Herodes_Koninkrijk_-_Access_Foundation.jpg

Afbeelding 2: https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/c/c3/Herod_Archelaus.jpg
Afbeelding 3: https://images.memorix.nl/rce/thumb/fullsize/fbc7060b-b49c-bdaa-3996-25a2c9f42d6b.jpg