Zerubbabel 539-518

Zerubbabel is uit het geslacht van David. Hij is de achterkleinzoon van Jojachin*).
Als koning Cyrus per decreet bepaalt, dat de inwoners van de provincie Juda terug kunnen keren naar Jeruzalem, vertrekt de eerste groep ballingen. Ze staan onder leiding van Zerubbabel, de zoon van Sealthiël en van Jesua, de zoon van Josadak, de hogepriester (Ezra 1 en 2) **). Het is een grote groep van zo’n 50.000 mensen (Ezra2:64-67).

De terugkeer van de ballingen uit Babel langs de karavaanwegen is zo’n 1350 km. Die reis duurde wel 6 maanden.

Na de terugkeer betrekken de Joden eerst hun huizen (Ezra3:1), want in Juda is het kouder dan in het zuiden van Babylon. Zeven maanden na aankomst komen ze bij elkaar in Jeruzalem. Eerst puinruimen, daarna wordt meteen het altaar van de God van Israël opgericht, zodat ze volgens de aloude voorschriften kunnen offeren (Ezra3:2-6, Deut.27:4-8). Het altaar wordt opgericht op de voormalige dorsvloer van de Jebusiet Arauna, op precies dezelfde plek als de eerste tempel van Salomo.

David koopt de dorsvloer van Arauna, de Jebusiet, dat is 430 jaar eerder.

Daarna beginnen ze aan het leggen van de fundering van de tempel. Als die klaar is, vieren ze feest met dezelfde lofzang als bij de eerste tempelwijding: “Hij is goed, eeuwig duurt zijn trouw aan Israël” (Ezra4:11;  2Kron.7:6; Ps.136). Het volk juicht luid, maar de ouderen huilen (Ezra3:11-13), want de tempel heeft niet de luister van de tempel van Salomo (Hag.2:3).

Direct daarna beginnen de moeilijkheden: de bevolking uit Samaria en omgeving is een mengvolk van Joden en allerlei andere volken (Ezra4:2). Ze willen meehelpen met de bouw. Zij willen delen in de gunst die Cyrus aan de Joden heeft verleend; bovendien zijn ze bang, dat Samaria, de provinciehoofdstad, invloed zal verliezen. Maar de teruggekeerde ballingen zijn bang voor de afgoderij, die in de noordelijke landstreek heerst en ze weigeren.
Sindsdien werken de omringende volken de Joden tegen en het werk komt stil te liggen, wel 18 jaar lang.

In het jaar 520 beginnen de profeten Haggaï en Zacharia te profeteren: de bouw van de tempel moet worden hervat (Ezra4:24-5:2). De Joden luisteren naar de profeten en beginnen enthousiast aan de herbouw, onder leiding van Zerubbabel, de gouverneur en van Jesua, de hogepriester.

Tattenai, de satraap van de provincie Trans-Eufraat, komt kijken en stuurt een brief naar Darius II met de vraag of dit geoorloofd is. Darius II onderzoekt dit en geeft toestemming, ook financiert hij de herbouw (zie de tekst bij Darius II). Daarna vordert het werk voorspoedig en de tweede tempel is klaar in 516.

Zerubbabel is zeer geliefd bij de bevolking en staat in hoog aanzien bij de aristocraten van Juda.
Maar bovenal is hij geliefd bij de HEER van de hemelse machten: “Op die dag-spreekt de HEER van de hemelse machten-zal ik jou, Zerubbabel, zoon van Sealthiël en mijn dienaar, dragen als mijn zegelring, want jou heb ik uitverkozen-zo spreekt de HEER van de hemelse machten” (Hag.2:23).
En Zacharia zegt van hem: “Dit zegt de HEER van de hemelse machten: Let op, een man met de naam Telg, die aan de stam zal ontspruiten, herbouwt de tempel van de HEER” (Zach.6:12).
Zerubbabel staat niet alleen in aanzien in zijn eigen dagen, hij is ook het beeld van de komende messias.

*) Jojachin wordt in het boek Kronieken Jechonja genoemd. Het geslachtsregister staat in 1Kronieken 3: “De zoon van Jechonja was Assir; diens zonen waren Sealthiël, Malkiram, Pedaja en Senassar, Jekamja, Hosama en Nedabja. Zonen van Pedaja: Zerubbabel en Simi.”
Is Zerubbabel nu een zoon van Pedaja of van Sealthiël? Men denkt, dat het als volgt zit: Sealthiël had geen zonen. Toen hij stierf trouwde zijn broer Pedaja met Sealthiëls weduwe, volgens het leviraatsrecht uit de Thora. De eerste zoon die toen werd geboren was Zerubbabel (“telg van Babel”) en gold als zoon van Sealthiël (zie ook Mat.1:12).

**) In Ezra 1 en Ezra 5 wordt ook Sesbassar genoemd, die de leiding heeft van de terugtocht en de fundamenten van de tempel legt. Het is niet goed duidelijk hoe dat zit. Wellicht is Sesbassar dezelfde als Senassar (de oom van Zerubbabel, zie de eerste voetnoot), ook uit het koninklijk geslacht. Hij zou dan later zijn opgevolgd door Zerubbabel. Volgens anderen hebben zij beiden een groep terugkerende ballingen geleid.
Maar volgens weer anderen zijn Sesbassar en Zerubbabel dezelfde persoon. (Hoewel ze in het deuterocanonieke boek 3Ezra 6:18 naast elkaar worden genoemd.)

 

Bronvermelding:

Afbeelding 1:
Bron: https://static.miraheze.org/christipediawiki/5/55/6e_eeuw_v_C-Midden_Oosten-Access_Foundation.jpg
Afbeelding 2:
Bron: https://christipedia.miraheze.org/wiki/Bestand:Hole_King_David_Threshing.jpg
Afbeelding 3:
Bron: https://static.miraheze.org/christipediawiki/2/22/Hagga%C3%AF_volgens_Dor%C3%A9.jpg